Haliaeetus leucocephalus (Linnaeus, 1766)
Orde | Familie | Genus |
Accipitriformes | Accipitridae | Haliaeetus |
Bald eagle | Pygargue à tête blanche | ||
Weißkopf Seeadler | Aquila di mare testabianca | ||
Bielik amerykański | Águia de cabeça branca | ||
Vithövdad havsörn | Pigargo Americano | ||
Hvidhovedet Havørn | Белоголовый орлан |
DD | LC | NT | VU | EN | CR | EW | EX |
Onder andere trends, afmetingen en gewichten, habitat, uiterlijke kenmerken
Populatie trend van deze soort neemt toe. |
Er zijn twee ondersoorten gemeld: - Haliaeetus leucocephalus leucocephalus - Haliaeetus leucocephalus washingtoniensis |
Afmetingen en gewichten: Lengte : 76 - 109 cm Spanwijdte : 180 - 240 cm Gewicht : (M) 4000 - 6000 gram / (V) 4000 - 6000 gram |
Kenmerken: De Amerikaanse zeearend heeft in tegenstelling tot de Afrikaanse zeearend een snavel die helemaal geel is. Het verenkleed van een volwassen zeearend is gelijkmatig donkerbruin met een witte kop en staart. De staart is matig lang en licht wigvormig. Mannetjes en vrouwtjes zijn identiek gekleurd, maar de vrouwtjes zijn 25% groter zijn dan mannetjes. De snavel, poten en irissen zijn felgeel. De poten zijn vrij van veren en de klauwen zijn krachtig en groot. Het verenkleed van de juveniele vogel is een donkerbruin bedekt met rommelige witte strepen tot het vijfde (zelden vierde, zeer zelden derde) jaar, wanneer het geslachtsrijp wordt. De jonge Amerikaanse zeearenden zijn te onderscheiden van de Steenarend (Aquila chrysaetos), de enige andere zeer grote roofvogel in Noord-Amerika, door een meer uitstekende kop met grotere snavel en stijvere vleugelslagen. |
Vlucht: Om op vis te jagen, duikt de Amerikaanse zeearend over het water naar beneden en haalt de vis met zijn klauwen uit het water. Ze eten door de vis in de ene klauw te houden en het vlees met de andere te scheuren. Zeearenden hebben structuren op hun klauwen waarmee ze vissen beter kunnen grijpen. Deze zeearend is een krachtige vogel en zweeft veel op thermische luchtstromen. |
Habitat: De Amerikaanse zeearend heeft een voorkeur voor de zeekust, rivieren, grote meren, oceanen, en andere grote open watervlakten, met een overvloed aan vis. Studies hebben aangetoond dat zij een voorkeur hebben voor een ruimte met een omtrek van meer dan 11 km, en meren met een oppervlakte van meer dan 10 km². De Amerikaanse zeearend heeft een voorkeur aan oud-groei en rijpe bomen van naaldhout of hardhout voor rust- en broedgebied. |
Geluid: Klik hier voor afspelen geluidsfragment (© Barry Edmonston). |
Voedsel: Het menu van de Amerikaanse zeearend is gevarieerd. Ze eten vis, kleinere vogels, knaagdieren. Soms stelen ze eten van campings of picknickplaatsen. |
Voortplanting: De Amerikaanse zeearend is geslachtsrijp als hij 4 of 5 jaar oud is. Een paar zeearenden produceert één tot drie eieren per jaar, maar slechts zelden vliegen ook drie jonge vogels uit. Daarom wordt het derde jong soms uit het nest verwijderd om elders uitgezet te worden. De eieren zijn gemiddeld ongeveer 73 mm lang, variërend van 58 tot 85 mm en hebben een breedte van 54 mm, variërend van 47 tot 63 mm. Zowel het mannetje als het vrouwtje broeden om de beurt de eieren, maar het vrouwtje doet het grootste deel van het broeden. De ouder die niet broedt, zal tijdens deze fase op zoek gaan naar voedsel of op zoek gaan naar nestmateriaal. De jongen vogels vliegen ergens tussen de 8 en 14 weken uit, maar blijven dicht bij het nest en worden nog 6 weken verzorgd door hun ouders. |
Overige: |
Aanwezig (inheems) - Extant (resident): Canada; Mexico; Saint-Pierre en Miquelon Aanwezig (broedgebied) - Extant (breeding): Verenigde Staten Aanwezig & Migrerend - Extant & Vagrant: Belize; Bermuda; Ierland; Puerto Rico; Russische Federatie (Oost-Aziatisch Rusland); Maagdeneilanden, VS |