Accipiter hiogaster (Müller, S, 1841)
Orde | Familie | Genus |
Accipitriformes | Accipitridae | Accipiter |
Variable Goshawk | Autour variable | ||
Bunthabicht | Astore variabile | ||
Krogulec rdzawobrzuchy | Açor variável | ||
Variabel duvhök | Azor Variable | ||
Variabel Duehøg | Изменчивый ястреб |
DD | LC | NT | VU | EN | CR | EW | EX |
Onder andere trends, afmetingen en gewichten, habitat, uiterlijke kenmerken
De populatie trend van deze soort is stabiel. |
Accipiter hiogaster heeft 17 ondersoorten: - Accipiter hiogaster hiogaster - Accipiter hiogaster griseogularis - Accipiter hiogaster polionotus - Accipiter hiogaster albiventris - Accipiter hiogaster obiensis - Accipiter hiogaster mortyi - Accipiter hiogaster pallidiceps - Accipiter hiogaster leucosomus - Accipiter hiogaster pallidimas - Accipiter hiogaster manusi - Accipiter hiogaster matthiae - Accipiter hiogaster misulae - Accipiter hiogaster misoriensis - Accipiter hiogaster dampieri - Accipiter hiogaster lavongai - Accipiter hiogaster lihirensis - Accipiter hiogaster sylvestris |
Afmetingen en gewichten: Lengte: 33 - 48 cm Spanwijdte: 55 - 80 cm Gewicht: 245 - 439 gram |
Kenmerken: De grijs-rode havik is een vrij kleine tot middelgrote havik en heeft relatief korte, afgeronde vleugels, een korte, zwart gestreepte en afgeronde staart. Het mannetje heeft een effen donkergrijs bovenzijde met een iets blekere kop en romp, de vleugels en de staart zijn bleker grijs met min of meer duidelijke donkere staartbanden. Het vrouwtje is bruingrijs aan de bovenzijde, minder uitgesproken grijs op de keel, geelachtig roodbruin met bleke banden aan de onderzijde. De snavel is meestal zwart, de washuid goudgeel. De iris is donkerbruin (A. h. sylvestris), licht oranjegeel, oranje of geel, afhankelijk van de ondersoort. De poten zijn geel. Juveniele vogels zijn bruin met geelbruine veerranden, de kroon is donkerder, de wangen gestreept, de staart aangegeven gestreept. De ogen zijn bruin. De onderzijde is crème tot geelbruin met bruine of roodbruine borst en keel. |
Vlucht: |
Habitat: De habitat omvat regenwoud, secundair bos, bosranden, galerijbos en met bomen bedekte open gebieden, ook parken meestal tot 500, soms tot 1480, zelden tot 1600 m hoogte. |
Geluid: Klik hier voor afspelen geluidsfragment (© Marc Anderson). |
Voedsel: De grijs-rode havik voedt zich met kleine zoogdieren, kleine vogels, hagedissen, slangen, kikkers en grote insecten. |
Voortplanting: Het broedseizoen is waarschijnlijk tussen mei en december, voornamelijk in juli en augustus in Nieuw-Guinea. Het nest bestaat uit twijgen en groene bladeren met een diameter van ongeveer 60 cm in een tak of op een zijtak van een grote, vaak bladloze boom tot 25 – 30 meter boven de grond. Het legsel bestaat uit 2 tot 3 eieren, die minstens 30 dagen worden bebroed. |
Overige: De grijs-rode havik (Accipiter hiogaster) is een roofvogel afkomstig uit Indonesië, Papoea-Nieuw-Guinea en de Salomonseilanden. Deze roofvogel werd onlangs verheven tot soortstatus en werd eerder samen met de grijze havik (Accipiter novaehollandiae) op één hoop gegooid. |