► Eerdere publicaties...
2016 — Least Concern (LC)
2012 — Least Concern (LC)
2009 — Least Concern (LC)
2008 — Least Concern (LC)
2004 — Least Concern (LC)
2000 — Unknown (LR/LC)
1994 — Unknown (LR/LC)
1988 — Unknown (LR/LC)
Roofvogel informatie
Onder andere trends, afmetingen en gewichten, habitat, uiterlijke kenmerken
Populatie trend van deze soort loopt terug.
Harpagus diodon heeft geen ondersoorten (monotypisch).
Afmetingen en gewichten: Lengte : 29 - 35 cm Spanwijdte : 60 -
70 cm Gewicht : (M) circa - gram / (V) circa - gram
Kenmerken: De
Roodbroekwouw is een opvallende kleine wouw met roodbruine
broek en delen van de vleugels. De geslachten lijken op elkaar, hoewel het vrouwtje iets groter is dan het mannetje. Volwassen
vogels hebben een leisteengrijze kop en bovendelen. Hun staart is leisteengrijs met drie blekere grijze balken en witte uiteinden aan de veren. Hun keel is witachtig met een donkere streep in het midden. Hun borst is grijs dat wit wordt bij de onderstaartverens. Hun oog is rood of oranje, hun
washuid is citroengeel en hun poten geel tot oranje. Juveniele vogels hebben donkerbruine bovendelen met strepen aan de zijkant van het hoofd; Ze zijn witachtig van onderen met wat donkerdere strepen op de borst en buik en barring op de flanken.
Vlucht:
Habitat: De natuurlijke habitats zijn subtropisch of tropisch droog
bos, subtropisch of tropisch vochtig laaglandbos en subtropisch of
tropisch vochtig bergbos.
Voedsel: De
Roodbroekwouw jaagt in het bos, meestal in de middelste tot bovenste lagen van het bladerdak. Hij jaagt vanaf een baars en grijpt zijn prooi meestal vanaf takken in plaats van in de lucht. Het dieet lijkt vooral te bestaan uit insecten zoals krekels en orthoptera met minder kleine aantallen kleine hagedissen, vogels, amfibieën en zoogdieren.
Voortplanting: Het broedseizoen van de
Roodbroekwouw is van oktober tot februari. Het nest is een platform van kleine stokken geplaatst in een boomvork of op een horizontale tak.
Het legsel betaat uit één of twee eieren. De incubatietijd is niet bekend; Het uitvliegen gebeurt ongeveer vier weken na het uitkomen
van het ei.