Falco longipennis (Swainson, 1837)
Orde | Familie | Genus |
Falconiformes | Falconidae | Falco |
Australian Hobby | Petit Faucon | ||
Australischer Baumfalke | Lodolaio australiano | ||
Sokól australijski | Ógea australiana | ||
Australisk lärkfalk | Alcotán Australiano | ||
Australsk Lærkefalk | Австралийский чеглок |
DD | LC | NT | VU | EN | CR | EW | EX |
Onder andere trends, afmetingen en gewichten, habitat, uiterlijke kenmerken
De populatie trend van deze soort neemt toe. |
Falco longipennis heeft 3 ondersoorten: - Falco longipennis longipennis - Falco longipennis hanieli - Falco longipennis murchisonianus |
Afmetingen en gewichten: Lengte : 30 - 36 cm Spanwijdte : 66 - 87 cm Gewicht : (M) circa - gram / (V) circa - gram |
Kenmerken: De Australische boomvalk is kleiner dan andere valken, relatief slank en heeft langevleugels. Zijn verenkleed varieert in kleur afhankelijk van geslacht, leeftijd en omgeving met een donkerdere vorm in vochtige gebieden en een lichtere vorm in drogere omgevingen. Over het algemeen heeft de Australische boomvalk een zwarte "pet" en masker met een witachtig voorhoofd en een halve kraag. Onderzijde kan blauwgrijs of roestbruin zijn met donkerder strepen. De washuid bij volwassenen is bleek geelachtig grijs, de oogring is lichtblauw, de ogen zijn bruin en de voeten zijn dof geel. Vrouwtjes zijn groter tussen 34 - 35,5 cm en mannetjes zijn over het algemeen tussen 30 - 32 cm lang met een spanwijdte tussen 66 - 87 cm. Australische boomvalk is gemakkelijk te verwarren met de slechtvalk (Falco peregrinus), maar is slanker, met langere en dunnere vleugels. |
Vlucht: De Australische boomvalk is een eenzame en agressieve valk die snel flikkerende vleugelslagen heeft en tijdens het zweven met staart uitwaaiert. |
Habitat: De Australische boomvalk komt voor in open bosland, maar ook in stedelijke parken en tuinen. |
Geluid: Klik hier voor afspelen geluidsfragment (© Marc Anderson). |
Voedsel: Hij jaagt tijdens de schemering en 's nachts op kleine vogels, vleermuizen en grote, vliegende insecten, die in de lucht verschalkt worden. |
Voortplanting: De soort nestelt in een oud nest van een kraaiachtige hoog boven de grond. Het legsel bestaat uit twee tot vier eieren, die in ongeveer 35 dagen worden uitgebroed. De jongen blijven daarna nog zo'n zelfde periode in het nest. |
Overige: |