Falco Eleonorae (Géné, 1839)
Orde | Familie | Genus |
Falconiformes | Falconidae | Falco |
Eleonora's Falcon | Faucon d'Éléonore | ||
Eleonorenfalke | Falco della regina | ||
Sokół skalny | Falcão da rainha | ||
Eleonorafalk | Halcón de Eleonora | ||
Eleonorafalk | Чеглок Элеоноры |
DD | LC | NT | VU | EN | CR | EW | EX |
Onder andere trends, afmetingen en gewichten, habitat, uiterlijke kenmerken
De populatie trend van deze soort neemt toe. Er leven naar schatting 32.400 tot 33.300 volwassen exemplaren in het wild. |
Er zijn geen ondersoorten gemeld (monotypisch). |
Afmetingen en gewichten: Lengte : 41 - 43 cm (waarvan 19 cm staart) Spanwijdte : 85 - 100 cm Gewicht : (M) circa 330 gram / (V) circa 400 gram |
Kenmerken: De Eleonora's valk lijkt op de Boomvalk, maar is iets groter met langere staart. In de zit reiken de vleugelpunten tot de staartpunt. Er zijn twee kleurvarianten: de lichte vorm lijkt op de Boomvalk maar de donkerbruine tot zwarte bovenzijde en een roestbruine tot lichte onderkant, met donkere lengtevlekken en een roestbruine "broek", keel en wangen zijn witachtig. De donkere vorm is een eenkleurig zwartbruin. Snavel blauwgrijs, poten gelig, nagels zwart, iris bruinzwart. Beide geslachten zijn gelijk gekleurd, het vrouwtje is wat groter dan het mannetje. Jonge vogels zijn doorgaans lichter van kleur, ondervleugels en staart zijn gebandeerd. |
Vlucht: Vliegbeeld als van de Boomvalk met langere en smallere vleugels. |
Habitat: Eleonora's valken broeden gewoonlijk op de grond op kleine, rotsachtige, ongestoorde eilanden met weinig vegetatie. Op grotere eilanden, zoals Sicilië en Sardinië, en op het vasteland in Afrika en Turkije, zoeken ze ontoegankelijke kliffen aan de kust om te broeden. Ze jagen over de open zee, maar ook over moerasgebieden, graslanden en soms bossen. |
Geluid: |
Voedsel: In het broedgebied overwegend vliegende trekvogels tot de grootte van een Zomertortel (klauwieren, zangers, grasmussen, nachtegalen, leeuweriken); in het winterkwartier uitsluitend insecten als cicaden, sprinkhanen en kevers. |
Voortplanting: De Eleonora's valken broeden in kolonies tot vijftig paren in gaten en nissen van steile wanden en op de grond op een eenzaam gelegen, kale rotseilanden. Nestplaatsen zijn te vinden vanaf zeeniveau tot een hoogte van 2000 meter. Broedtijd juli/augustus. Grootte van het nest 2-3 eieren, broedduur 28-33 dagen, nestperiode jongen 28-35 dagen. Vrouwtje broedt hoofdzakelijk, wordt door mannetje van voedsel voorzien. |
Overige: Om zo goed mogelijk gebruikt te maken van de zwermen trekvogels, verdelen de valken van een eiland - vaak meer dan honderd Eleonora's valken - zich op circa 1000 meter hoogte over een "front" van een tot twee kilometer. Vliegend in tegenwind op de plek, wachten zij op de komst van de trekvogels, die - door hun tocht over de zee oververmoeid - een gemakkelijke prooi zijn. De jachtactiviteit is het grootst in de voormiddag, omdat dan ook de trek van de kleine vogels het intensiefst is. In oktober, wanneer de jongen eenmaal zelfstandig zijn geworden, verlaten de Eleonora's valken hun broedgebieden en trekken langs de Afrikaanse oostkust naar Madagaskar en nabij liggende eilanden. In april keren ze weer terug naar hun broedgebieden. |
Aanwezig (broedgebied) - Extant (breeding): Algerije; Kroatië; Montenegro; Marokko; Noord-Macedonië; Servië; Spanje (Canarische Eilanden); Tunesië; Turkije Aanwezig (passage) - Extant (passage): Bulgarije; Gibraltar; Libanon; Malta; Soedan; Syrische Arabische Republiek Aanwezig (inheems) - Extant (resident): Comoren; Cyprus; Egypte; Eritrea; Frankrijk; Griekenland; Israël; Italië; Kenia; Madagascar; Malawi; Mayotte; Portugal; Somalië; Tanzania, Verenigde Republiek Aanwezig & Migrerend (passage) - Extant & Vagrant (passage): Verenigde Arabische Emiraten; Jemen Aanwezig & Migrerend - Extant & Vagrant: Benin; Ivoorkust; Denemarken; Djibouti; Franse zuidelijke gebieden; Hongarije; Jordanië; Libië; Mauritanië; Mauritius; Mozambique; Polen; Rwanda; Réunion; Seychellen; Zuid-Afrika; Zweden; Togo; Verenigd Koninkrijk |