GEKRAAGDE DWERGUIL
Glaucidium brodiei (Burton, 1836)
Taxonomie
| Orde | Familie | Genus |
| Strigiformes | Strigidae | Glaucidium |
 |
Collared Owlet |  |
Chevêchette à collier |
 |
Wachtelkauz |  |
Civetta nana dal collare |
 |
Sóweczka obrozna |  |
|
 |
Kragsparvuggla |  |
Civetta nana dal collare |
 |
Halsbåndsspurveugle |  |
Ошейниковый воробьиный сыч |
Synonym(s):
-
-
Status IUCN Redlist
| DD | LC | NT | VU | EN | CR | EW | EX |
Laatste IUCN publicatie update: 2016
► Eerdere publicaties...
2012 — Least Concern (LC)
2009 — Least Concern (LC)
2008 — Least Concern (LC)
2004 — Least Concern (LC)
2000 — Unknown (LR/LC)
1994 — Unknown (LR/LC)
1988 — Unknown (LR/LC)
2012 — Least Concern (LC)
2009 — Least Concern (LC)
2008 — Least Concern (LC)
2004 — Least Concern (LC)
2000 — Unknown (LR/LC)
1994 — Unknown (LR/LC)
1988 — Unknown (LR/LC)
Uilen informatie
Onder andere trends, afmetingen en gewichten, habitat, uiterlijke kenmerken
 |
De populatie trend van deze soort loopt terug. |
 |
Glaucidium brodiei heeft 5 ondersoorten: - Glaucidium brodiei brodiei Glaucidium brodiei garoense - Glaucidium brodiei pardalotum - Glaucidium brodiei peritum - Glaucidium brodiei borneense - Glaucidium brodiei sylvaticum |
 |
Afmetingen en gewichten: Lengte : 15 - 17 cm Spanwijdte : - cm Gewicht : (M) - gram / (V) - gram |
 |
Kenmerken: De gekraagde dwerguil is een erg kleine vogel, welke moeilijk waar te nemen is. Zoals bij andere uilen, kan deze uil zijn kop 180° draaien. Deze dwerguil is een kleine uil met een relatief grote, ronde kop en felgele ogen. Het lichaam kan over het geheel genomen roodbruin of grijsachtig zijn en is uitgebreid met donkerbruin gestreept op de rug, vleugels, staart en zijkanten van de bovenborst. De onderborst en buik zijn wit met opvallende donkerbruine vlekken langs de zijkanten. De kop is met romige bleekgeel bevlekt en er is een bruine balk over de witte keel. Een grijskleurige kraag en twee grote oranje en zwarte oogvlekken zijn aanwezig op de achterkant van de nek. |
 |
Vlucht: |
 |
Habitat: De gekraagde dwerguil komt voor in open gematigd bos, bosranden, bos en struikgewas. Bergbos op 800 tot 3200 meter hoogte. |
 |
Geluid: |
 |
Voedsel: De gekraagde dwerguil kan op alle uren van de dag jagen, maar is het meest actief in de schemering en 's nachts, kijkend en luisterend vanaf een hoge baars naar zijn prooi van kleine vogels, knaagdieren, hagedissen en grote insecten. Hij vliegt met zeer snelle vleugelslagen en is in staat prooien te vangen die veel groter zijn dan hijzelf, zoals barbets of grote knaagdieren. |
 |
Voortplanting: De gekraagde dwerguil nestelt in een boomholte, waarin het vrouwtje gewoonlijk vier witte eieren legt, en beide volwassenen de nestvogels voeden. |
 |
Overige: |
Voorkomen in de wereld
 |
Leefgebied: Bangladesh, Bhutan, Brunei Darussalam, Cambodja, China, India, Indonesië, Laos, Maleisië, Myanmar, Nepal, Pakistan, Taiwan, provincie van China, Thailand, Vietnam. Mogelijk uitgestorven: Afghanistan. |
