MALEISE DWERGOORUIL
Otus sagittatus (Cassin, 1848)
Taxonomie
| Orde | Familie | Genus |
| Strigiformes | Strigidae | Otus |
 |
White-fronted Scops-owl |  |
Petit-duc à front blanc |
 |
Weißstirneule |  |
Assiolo frontebianca |
 |
Syczek bialoczelny |  |
Mocho-de-orelhas-de-fronte-branca |
 |
Vitpannad dvärguv |  |
Autillo Frentiblanco |
 |
Hvidpandet Dværghornugle |  |
Белолобая совка |
Synonym(s):
-
-
Status IUCN Redlist
| DD | LC | NT | VU | EN | CR | EW | EX |
Laatste IUCN publicatie update: 2017
► Eerdere publicaties...
2016 — Vulnerable (VU)
2012 — Vulnerable (VU)
2008 — Vulnerable (VU)
2004 — Vulnerable (VU)
2000 — Vulnerable (VU)
1996 — Vulnerable (VU)
1994 — Vulnerable (VU)
1988 — Threatened (T)
2016 — Vulnerable (VU)
2012 — Vulnerable (VU)
2008 — Vulnerable (VU)
2004 — Vulnerable (VU)
2000 — Vulnerable (VU)
1996 — Vulnerable (VU)
1994 — Vulnerable (VU)
1988 — Threatened (T)
Uilen informatie
Onder andere trends, afmetingen en gewichten, habitat, uiterlijke kenmerken
 |
De populatie trend van deze soort loopt terug. Er leven naar schatting 2.500 tot 9.999 volwassen exemplaren in het wild. |
 |
Otus sagittatus heeft geen ondersoorten (monotypisch). |
 |
Afmetingen en gewichten: Lengte : 25 - 29 cm Spanwijdte : - cm Gewicht : 110 - 130 gram |
 |
Kenmerken: De Maleise dwergooruil is een middelgrote dwergooruil. Donkere roestbruinr tot roodbruine bovenkant, brede witachtige plek op het voorhoofd en wenkbrauwen, tot aan de oorpluimen. Onderzijde hebben donkere vermiculaties, witte aftekeningen en donkere vlekken. Blauwachtig witte snavel, donkerbruine iris. |
 |
Vlucht: |
 |
Habitat: De Maleise dwergooruil is een nachtelijke jager en komt voor in oudgroeiende en regenererende groenblijvende of gemengde loofbossen met vlakke laaglanden en heuvelhellingen tot ten minste 700 meter hoogte. |
 |
Geluid: |
 |
Voedsel: De Maleise dwergooruil voedt zich voornamelijk met insecten, zoals motten. Dit zijn de enige gedocumenteerde voedselproducten. |
 |
Voortplanting: Weinig bekend. Het broedseizoen in Thailand en het Maleisische schiereiland is van februari tot maart. Nestelen in boomgaten. Legselgrootte is 3-4 eieren die wit en rondachtig zijn, gemiddeld 34 x 29 mm. |
 |
Overige: |
Voorkomen in de wereld
 |
Aanwezig (broedgebied) - Extant (breeding): Maleisië, Myanmar, Thailand. Aanwezig & Migrerend (geen broedgebied) - Extant & Vagrant (non-breeding): Taiwan, China. |
